Onderscheid is pure noodzaak.

De druk op het inkomen van de varkenshouders in Nederland is en blijft groot. Dat is de meest voor de hand liggende conclusie als je het rapport van het LEI bekijkt over de rendementontwikkeling van de afgelopen jaren en de commentaren die daarop zijn geschreven. Blijft er ruimte voor varkenshouders in Nederland?

De vraag is sneller gesteld dan beantwoord. De economische belangen zijn in ieder geval groot. Denk maar aan de industrie die zich rond de sector beweegt. De druk op de sector is eveneens enorm. Denk maar aan de lopende discussie over megastallen, het nieuwe grondgebonden mestbeleid van staatsecretaris Bleker en de druk op minder antibiotica. Grote uitdagingen die investeringen vergen om aan de eisen van de maatschappij te voldoen. Investeren kan echter alleen als er geld wordt verdiend en dat is nu juist het probleem.

De pleidooien voor eerlijke verdeling binnen de keten en het afdwingen van Europese steun hebben we inmiddels gehad. Het heeft tot nu toe weinig opgeleverd. Wat overblijft is de verantwoordelijkheid van de ondernemer om te produceren voor een markt. Dit is het enige bestaansrecht van een onderneming en is te vaak vergeten. Naast de verschillende taken op zijn bedrijf zal ook de varkenshouder zich meer moeten verdiepen in hoe hij de afzet op termijn wil regelen. Voor de ondernemers die nog heel wat jaren in de varkenshouderij mee willen is dit pure noodzaak.

Marktgericht gaan produceren in een keten die erg is ingericht op commodity is geen eenvoudige zaak. Het eerste wat belangrijk is in het marktgericht produceren is dat je je gaat onderscheiden van de grijze massa. Dit onderscheid moet gebaseerd zijn op zaken waar de consument uiteindelijk bereid is voor te betalen. Een rode in plaats van een groene sticker op de verpakking van hetzelfde vlees biedt veelal onvoldoende onderscheidend vermogen en is snel kopieerbaar.

Al snel zal het gros van de varkenshouders tot de conclusie komen dat het niet mogelijk is om zelf een onderscheidend concept in de markt te zetten. Dit kan alleen als er wordt samengewerkt door de keten heen. Gezamenlijk moet het uitgangspunt zijn om producten met een specifieke toegevoegde waarde neer te zetten. Dit betekent langdurig met elkaar samenwerken en voldoende vertrouwen hebben in elkaar om het vol te kunnen houden. Samen kennis opbouwen om de toegevoegde waarde onderscheidend en op een rendabele manier te kunnen produceren. Het belooft een langdurig reis te worden die je samen aangaat en waarbij kennis delen een hele belangrijke randvoorwaarde is. Het is ook een traject van hard werken en van samen de teleurstellingen verwerken.

Ondernemen is risico nemen. Niemand krijgt de verzekering van succes bij het uitwerken van een concept. Het is wel de enige weg om je op termijn te onderscheiden van de grijze massa.

Dit bericht is geplaatst in Landbouw, Marketing, Veeteelt en getagd, , . Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.